Niemand hoeft een buitenbeentje te zijn vinden Geertje & Julie
Geertje De Ceuleneer houdt van verhalen en toegankelijke taal. Ze schreef reeds twee non-fictie boeken over moeders en dochters én over blinden en slechtzienden. Na 15 jaar kriebelde het opnieuw. Nu stopt ze haar ervaring in diversiteit en haar passie voor inclusie in een kinderboek. Een fictiedebuut op kindermaat.
Julie Vangeel studeerde af als illustrator aan Sint-Lucas Antwerpen. Al meer dan 10 jaar is ze aan het werk als illustrator en graficus en maakt ze elke dag haar droom waar. Ze woont samen met haar zoontje Bowie, poes Pablo en haar man Ben. Verschillen tussen mensen laat ze graag zien, maar zonder al teveel tralala.
Geertje, waarom heb je een kinderboek geschreven?
Geertje: “Het is fijn om aan kinderen te vertellen dat iedereen erbij hoort, ook kinderen met een handicap of met een vluchtverhaal. Kinderen hebben best al wat meegemaakt. Met een verhaal wil ik duidelijk maken dat niets is wat het soms op het eerste gezicht lijkt. Meer empathie, het is broodnodig in deze ingewikkelde wereld.”
Wie zijn de hoofdpersonages van ‘Jij mag ook!’?
Geertje: “Dat zijn Irini, Scott en Stas, drie kinderen met een migratiegeschiedenis in de familie. Hun namen komen uit landen waar ze Grieks, Portugees of Russisch spreken. Twee kinderen hebben een beperking, maar die beperking is maar een deel van wie ze zijn. Het zijn in de eerste plaats kinderen die elkaar tegenkomen op straat en daar ontstaat een misverstand. Uiteindelijk vinden ze elkaar, ook al zijn ze erg verschillend.”
Julie: “Mijn favoriet is Scott. Hij is vrolijk, positief ingesteld en komt op voor de anderen. Dat streef ik ook na, maar het lukt me niet elke seconde van de dag (lacht). Dit verhaal toont aan dat kinderen die bepaalde moeilijkheden of een achtergrond meedragen, daardoor geen buitenbeentjes hoeven te zijn. Je kan mooie vriendschappen aangaan door begrip te hebben voor elkaar zonder dat je in hetzelfde schuitje zit.”
Dit verhaal toont aan dat kinderen die bepaalde moeilijkheden of een achtergrond meedragen, daardoor geen buitenbeentjes hoeven te zijn.
Geertje: “Kinderen met een beperking zijn zelden onderwerp van een verhaal. Als ze al voorkomen, zijn ze dikwijls niet de hoofdfiguur, maar een nevenfiguur om andere personages te dienen als heel sociaal of liefdevol. De kinderen van mijn verhaal hebben hun eigen talenten en dromen. Irini is een sterk meisje met een mooie stem. Haar moeder pampert haar niet. Scott, de favoriet van Julie, is ook een leuke jongen, heel sociaal en een beetje stoer.”
Vanwaar je interesse voor diversiteit & inclusie?
Julie: “Ik denk dat ik sinds mijn opleiding altijd diversiteit heb verwerkt in mijn beelden zonder de focus erop te leggen. Ik toon graag verschillende mensen in een random verhaal in plaats van het effectief te hebben over het anders zijn. Ik ben zelf geboren met een ontbrekende linker onderarm en weet uit ondervinding dat een kind dit veel minder ziet als iets vreemds of als een beperking als ze mij gewoon zien werken, met mijn zoontje zien spelen, boodschappen zien doen enzovoort. Ze stellen dan soms één korte vraag en geven er dan verder geen aandacht meer aan. Het zijn vaak de volwassenen die het in de taboesfeer trekken en het helemaal opblazen.”
Geertje: “Na mijn eerste boek ‘Iets tussen moeders en dochters’ in 2004, wou ik een nieuw schrijfavontuur beginnen. Via een buurvrouw werd mijn aandacht getrokken door mensen die langzaam het zicht verliezen. Ik heb me twee jaar lang ondergedompeld in die wereld. Toen het boek af was, heb ik het voorgelezen voor Luisterpuntbibliotheek. Maar het liet me niet los en zo ben ik via theater bij audiodescriptie beland. Studio Sesam maakt veel kleuter- en peuterboekjes en daarin zijn de illustraties bijzonder belangrijk. Ze vertellen de helft van het verhaal. Een kind dat niet goed kan zien, mist dus de helft van het avontuur. Als je die prenten dan omzet in taal en geluiden, dan kan je dat wat goedmaken. Met muziek erbij in de montage kan je de luisterervaring optillen tot iets wat in de buurt komt van samen lezen en voorlezen. Voor anderstalige kinderen of ouders, geef je bovendien extra woordenschat. Studio Sesam was meteen bereid om het uit te proberen en zo hebben we luisterverhalen kunnen toevoegen aan het gedrukte aanbod. En toen kwam de vraag om zelf een verhaal te schrijven voor Studio Sesam.”
Waarom zouden kinderen dit boek lezen?
Geertje: “Hopelijk omdat het leuk is! Dankzij de illustraties van Julie zijn de drie personages van het boek tot leven gekomen. Julie mag heel trots zijn op het resultaat. Het zijn liefdevolle prenten. Voor Julie was het niet gemakkelijk, want ik leefde al maanden met die kinderen in mijn hoofd en dat mocht zij dan uitbeelden. Er zit verdriet in het boek en zij heeft het allemaal in een warm universum geplaatst. Ook de hulpmiddelen voor personen met een beperking, wou ik goed hebben. Zeg niet zomaar rolstoel tegen een rolstoel. Als je ermee wil racen, dan moet dat ook kunnen.”
Julie: “Leuk aan dit verhaal is dat een eerste indruk soms iets helemaal anders kan vertellen dan wat er nadien volgt. Ik teken heel graag prentenboeken. Het kan doen lachen, dingen bijbrengen of helpen met dat waarmee kinderen struggelen. Het wordt nog leuker als je de volwassen lezer ook kan amuseren. Ik vind het fijn om kleine grappige details toe te voegen zodat het iets extra aan het verhaal toevoegt. Als ik iemand zie glimlachen als ze een illustratie van mij bekijken, is mijn doel bereikt.”
Waarom zouden ouders of leerkrachten ‘Jij mag ook!’ ook lezen?
Geertje: “Er zitten heel wat thema’s in die je kan aansnijden: vriendschap, empathie, misverstanden, plagen versus pesten, omstaanderstraining, meertaligheid, handicap, ruimtelijke toegankelijkheid (voor rolstoelers en anderen), visuele beperking, kinderen met een vluchtverhaal en hun verdriet, eenzaamheid … We voegen ook tips toe waarmee je aan de slag kan. Een begeleider hoeft niet alles zelf te verzinnen. Als auteur hoop ik ook op verschillende plekken voor te lezen en dan breng ik een muzikant mee. Sacha Van Loo kan in verschillende talen zingen. Hij heeft bovendien een prachtige stem. En kers op de taart: hij brengt zijn blindegeleidehond Porthos en zijn accordeon mee.”
De drie verhalen van Irini, Sacha en Scott eindigen in hoop. De kinderen hebben allen een liefdevolle thuis. Dat is een positieve boodschap die mensen zo hard nodig hebben. Als we een beetje moeite doen om echt te kijken en begrip te hebben voor elkaar, dan kan het goed komen.
Meer informatie over het kinderboek Jij mag ook!, klik hier.